Grutto's hebben een veilige plek nodig voor hun jongen
In het tweede deel van de videoserie over de grutto gaat het over natuurgebied Lange Weide, dat twee jaar geleden is ingericht en gaan we op bezoek bij Harm Sipsma , die een paardenruisthuis heeft en zich volop inzet voor de weidevogels.
Peije ’t Lam vertelt wat Staatsbosbeheer doet om het natuurgebied Lande Weide zo aantrekkelijk mogelijk te maken voor met name de grutto. Half februari wordt het land helemaal onder water gezet. Hier liep vroeger de Oude Waterlinie. Wat toentertijd gebeurde om het land te beschermen, wordt nu gedaan voor de weidevogels. “Wij laten het waterpeil iets zakken en creëren zo prachtig plas-dras. Het is een tafeltje dekje voor de grutto’s, die hier neerstrijken om op te vetten.” Als de grutto’s eenmaal op krachten zijn en het waterpeil nog iets verder zakt is het ook een ideale plek voor grutto’s om hun jongen groot te brengen.
Agrarisch natuurbeheer
Bij Harm Sipsma is eenzelfde landschap met veel plas dras te zien. Samen met het collectief Lopikerwaard werkt hij aan verantwoord agrarisch natuurbeheer. “Wij zijn begonnen met uitgesteld maaibeheer en hebben dat uitgebreid met plas-dras en natuurvriendelijke oevers. Sinds een aantal jaren verhogen we ook het waterpeil in verschillende sloten en hebben we samen met het collectief een vossenraster gemaakt om predatie tegen te gaan”.
Aantrekkelijk maaltje
Bij predatie gaat het om alle soorten roofdieren en vogels, zoals vossen, kraaien en katten, die nesten leegroven van weidevogels. Ook jonge grutto’s, de zogeheten pullen zijn een aantrekkelijk maaltje voor de predatoren. Voordat het vossenraster was geïnstalleerd, zag Sipsma in een jaar tijd op camera's van 't Collectief Lopikerwaard wel dertig verschillende katten het weiland inlopen. “Die gingen er ’s avonds in en kwamen er ’s ochtends weer uit. Dat weiland vol broedende weidevogels is een soort Mc Donalds voor katten en andere rovers”, vertelt hij.
Veilige plek
Peije ’t Lam en Harm Sipsma weten hoe belangrijk het is dat grutto’s en andere weidevogels een veilige plek nodig hebben om te kunnen broeden en om hun jongen groot te brengen. “Dicht bij het nest moet veel voedsel zijn voor de jongen. Want die verlaten het nest en moeten direct hun eigen kostje bij elkaar scharrelen. Dat gaat om een paar honderd insecten op dag één naar een paar duizend per dag”. Ook hebben de pullen bescherming nodig. Daarom verschilt het gras in hoogtes en is wat ‘pollerig’ van structuur. “Zo kunnen ze snel wegkruipen als dat nodig is en is het voor roofdieren moeilijker om ze te pakken te krijgen”.
